Inzichten

Toezicht op goede doelen

Een gever en een goed doel geloven allebei in een betere wereld: die kan gezonder, rechtvaardiger, harmonieuzer. Daarvoor geven mensen geld, tijd of goederen aan een goed doel, en steeds vaker ook hun stem, bijvoorbeeld door het tekenen van een petitie.

Als gever krijg je daar een belofte voor terug: het goede doel belooft werk te maken van die betere wereld. Zo is geven een transactie van vertrouwen.

Het vertrouwen van mensen in goede doelen draait om twee kernvragen:

  1. Heeft het goede doel zijn huis op orde?

  2. Maakt het goede doel de impact die het belooft?

Het CBF toetst goede doelen op die twee vragen aan de hand van de kwaliteitsnormen van de Erkenningsregeling. Alleen organisaties die daaraan voldoen, krijgen de CBF-Erkenning.

CBF Erkend betekent daarom: geef gerust. Zo biedt het CBF een basis onder het geefvertrouwen.

Bekijk de video over 'Gerust Geven'.

Wat is de CBF-Erkenning?

De CBF-Erkenning is het keurmerk dat laat zien dat een goed doel:

  • bijdraagt aan een betere wereld;

  • zorgvuldig met donaties omgaat;

  • verantwoording aflegt;

  • zich vrijwillig en onafhankelijk laat controleren.

Organisaties vragen deze Erkenning zelf aan en stellen zich daarmee vrijwillig onder toezicht. Alleen als ze voldoen aan strenge kwaliteitseisen, krijgen ze de CBF-Erkenning.

Bekijk het Register Erkende Goede Doelen.


Waarop wordt getoetst?

Onze toetsing draait om twee hoofdvragen:

  1. Heeft het goede doel zijn huis op orde?

  2. Maakt het goede doel de impact die het belooft?

Hieronder leggen we beide onderdelen verder uit.


Is het huis op orde?

We toetsen goede doelen op vijf onderdelen:

  • Middelen: waar komen de middelen vandaan (geld, goederen, tijd)? Vraagt het goede doel hier op een nette manier om? En hoe wordt er omgegaan met vrijwilligers en medewerkers?

  • Organisatie: werkt het goede doel planmatig? Is er een goed evenwicht tussen bestedingen aan de missie en investeringen in de eigen organisatie? Hoe gaat men om met reserves en risico’s?

  • Bestuur: heeft het bestuur de missie centraal staan? Is er goed intern toezicht? Zijn er afspraken over onafhankelijkheid en beloningen?

  • Belanghebbenden: hoe betrekt het goede doel donateurs, vrijwilligers en de doelgroep? Zijn er duidelijke omgangsvormen?

  • Verantwoording: is de verantwoording inhoudelijk en financieel op orde? Is er transparantie over het beleid en de uitvoering?

Al deze onderdelen zijn vastgelegd in het normenkader van de Erkenningsregeling.

Lees meer over huis op orde.


Wordt de beloofde impact gemaakt?

Ook de impact die een goed doel belooft, wordt getoetst:

  • Missie: Draagt de missie bij aan maatschappelijke verbetering op de lange termijn? Wordt deze missie zichtbaar verweven in alle activiteiten?

  • Impact: Maakt het goede doel de missie concreet? Worden de resultaten gemeten en geëvalueerd? Wordt de doelgroep betrokken?

  • Integriteit: Hoe wordt negatieve impact voorkomen? Hoe zorgt de organisatie voor integer handelen? Waar kunnen mensen terecht met klachten?

Ook deze onderdelen zijn opgenomen in het normenkader van de Erkenningsregeling.

Lees meer over impact.


Hoe werkt de Erkenningsregeling?

De Erkenningsregeling wordt gedragen door drie onafhankelijke partijen:

  • De Commissie Normstelling stelt de normen vast.

  • Het CBF toetst of goede doelen aan deze normen voldoen.

  • Goede doelen stellen zich vrijwillig onder toezicht en leveren input via hun brancheorganisatie Goede Doelen Nederland.

De normen veranderen mee met de praktijk, maar behouden hun doel: het vertrouwen van donateurs borgen, zonder het werk van goede doelen te belemmeren.

Lees meer over de Erkenningsregeling.